Wat is de kleurencirkel?

Wat is de kleurencirkel?

De kleurencirkel is een instrument om inzicht te krijgen in kleur. Hoe worden bepaalde kleuren gemengd? Welke kleuren zijn familie van elkaar? Hoe kan je een kleur het hardste laten opvallen naast een anderen? Allemaal dingen die je kan afleiden uit een kleurencirkel. 

“All children are artists. The problem is how to remain artists when they grow up!”
Pablo Picasso

Kleurencirkel om te weten hoe je verf moet mengen.

Er zijn verschillende kleurencirkels in de omloop. Het hangt namelijk vooreerst van af of je met licht (additief) gaat mengen of met verf (subtractief) gaat mengen, welke kleuren je hoofdkleuren zijn. Het is natuurlijk belangrijk dat je weet welke kleuren verf je bij elkaar moet brengen om de secundaire kleuren (mengkleuren) te verkrijgen. Daarom werken wij in de klas met de basis kleurencirkel.

 

De primaire kleuren = de basiskleuren = de hoofdkleuren

In onze kleurencirkel gebruiken we geel, cyaan(blauw) en magenta(rood) als de hoofdkleuren.
* Trucje: om te onthouden dat cyaan blauw is. Cyaan klinkt namelijk als sea en dat is het Engelse woord voor zee.

 

De secundaire kleuren = de mengkleuren

Mengkleuren: groen, oranje en violet (paars). Door de kleurencirkel te gebruiken kan je perfect zien welke hoofdkleuren je nodig hebt om de secundaire kleuren te mengen. Ze liggen namelijk altijd naast de mengkleur. Begin altijd met geel als deze kleur in de combinatie zit. Op deze manier spaar je verf uit.

Tips bij het mengen.

De kleur die je wil mengen maak je apart op je mengbord. Op die manier blijven de hoofdkleuren ‘zuiver’ om andere kleuren te maken. Water wordt best vaak ververst en een doekje is zeker ook een must om de penselen zuiver te maken. Het minste beetje kleur dat in het geel terecht komt, kan het al onmiddellijk een andere kleur laten worden!

Complementaire kleuren uit de kleurencirkel afleiden

Ook de complementaire kleuren kan je uit de kleurencirkel halen. Dit zijn kleuren die op de cirkel tegenover elkaar liggen. Ze zijn dus absoluut geen familie, maar naast elkaar gebruikt, kunnen ze elkaar wel heel goed aanvullen en versterken. Als je dus iets extra hard wil laten opvallen, dan is het gebruik van complementaire kleuren een trucje.

De natuur past dit trouwens ook toe. Denk maar aan de klaproos die met zijn rode kleur in het groene gras hard moet opvallen. De klaproos bloeit maar kort en moet alles uit de kast halen om te zorgen dat de bijtjes haar kunnen vinden. Zonder bijtjes op bezoek, geen kleine klaproosjes!

Warm en koud

Ook kan je in de kleurencirkel heel gemakkelijk met een potlood een verdeling maken tussen warme en koude kleuren. De blauwen zijn uiteraard koud. Geel, oranje en rood zijn natuurlijk warm. Als er veel blauw in een paarse mengkleur zit, dan is die kleur koud. Als er veel geel in een mengkleur groen zit, dan is deze warm.